17 mei Kalmerende vuist Qigong
In deze serie, die ik uit verschillende Qigong oefeningen in elkaar heb gezet, en die ook wat karate elementen in zich heeft, staat het maken van de vuist centraal. Een handbeweging die vaak in verband wordt gebracht met agressie of protest, maar waarvan vaak niet bekend is dat het ook een rustgevende werking op lichaam en geest heeft. Het ballen van de vuisten als we gefrustreerd of boos zijn, is een natuurlijke reactie van het lichaam om zichzelf weer tot rust te brengen. Wanneer je je vingers namelijk naar binnen krult om de vuist te maken, raakt de pink de handpalm op drukpunt 8 van de hartmeridiaan en de middelvinger drukpunt 8 op de hartbeschermermeridiaan. Het drukken op deze punten, waar de meridiaan wat meer aan de oppervlakte ligt, geeft die kalmerende werking.
Niet alleen de vuist verdient de aandacht in deze ‘Kalmerende vuist Qigong’, ook de bewegingen die met de benen en de armen worden gemaakt, zijn belangrijk om te benoemen. Het naar voren en weer naar achteren brengen van de armen (of de armen voor het voor het lichaam langs opzij brengen), zodat de vuisten vooruit en weer naar de zij worden gebracht, zorgt voor het openzetten van de longmeridiaan, die vlakbij de schouder onder het sleutelbeen begint. Dezelfde beweging zorgt aan de achterkant van het lichaam dat het gebied tussen de schouderbladen zich ontspant (als de armen terug in de zij gaan, dan gaan de schouderbladen naar elkaar toe), wat weer een positieve werking heeft op de doorstroming van qi in de blaasmeridiaan. Het bewegen van de schouders en schouderbladen zelf is bijvoorbeeld weer goed voor het openzetten van de galblaas- en dunne darmmeridiaan, die beide door dit gebied lopen. Zorg bij het maken van de vuist dat de pols niet gebogen is maar recht, zodat het energiepunt Shenmen (poort van de geest) open blijft. Dit punt vind je recht onder de pink vlak onder de polsplooi.
De bewegingen van de benen, zowel als de voeten naast elkaar op heupbreedte staan als in ongelijke stand waarbij één voet naar voren is en de ander naar achter, zetten de meridianen open die vanaf de tenen naar het lichaam stromen. Het bewegen van de enkels, knieën en heupen zet o.a. de nier-, lever- en miltmeridianen open die langs de binnenkant van de benen omhoog lopen, zodat de qi daar vrij kan stromen. Ook de maagmeridiaan die via de buiten voorzijde van de benen naar beneden loopt, wordt door de beenbewegingen in deze serie bewerkt. De zachte twists tijdens deze oefening, zetten de maag- en miltmeridianen eveneens open en zorgen door de rotatie van de ruggenwervels meteen ook voor een ontspannen zenuwstelsel. Het naar voren en naar achteren bewegen van de heupen als de benen in ongelijke stand (één voet naar voren en één naar achteren) staan, masseert de nieren in de onderrug.
Wanneer je de oefening eigen hebt gemaakt en niet meer naar het voorbeeld hoeft te kijken, dan kun je met je aandacht echt het lichaam in en voelen wat de bewegingen met je doen. Het opnemen en afgeven van qi kun je dan ook koppelen aan de bewegingen die je met je handen en armen maakt. Als je de armen van je af beweegt of de handen bijvoorbeeld open naar beneden brengt, kun je visualiseren dat je qi die je graag wil loslaten afgeeft. Wanneer je de armen of de vuisten weer naar je lichaam terugbrengt, kun je visualiseren dat je zuivere qi weer via de handpalmen (Laogong) meeneemt naar je dantian. Ditzelfde kan ook met de bewegingen van de benen. Wanneer je met je gewicht naar voren gaat, visualiseer dan dat je qi via de voeten (Yongquan) loslaat, als je met het gewicht naar achteren gaat visualiseer dan juist dat je qi via de voeten opneemt.
Ida
Geplaatst op 08:30h, 21 meiSchitterend! Wat ontzettend jammer dat je niet bij mij in de buurt woont ❤️
Yvonne
Geplaatst op 08:17h, 23 meiJa, dat zou dan wel heel bijzonder zijn als je mee zou kunnen doen! xxx
Jeanielle
Geplaatst op 15:32h, 23 meiDank je wel voor jouw uitvoerige uitleg, heel mooi al die verbanden.
Yvonne
Geplaatst op 15:50h, 24 meixxx